Een stomme moord

Of liever gezegd, doodslag, want dat was het. Want zou die zeventienjarige jongen, toen hij Gerd Nan neersloeg, dat echt gedaan hebben met de bedoeling hem te doden? Of was het “gewoon” bedoeld als een aframmeling, wou hij Gerd een lesje leren? Als dat zo is, dan heeft hij een fout gemaakt die Gerd het leven koste, maar hemzelf ook zijn hele leven zal blijven achtervolgen.

Bij dit soort gruweldaden is het niet vreemd dat we alleen sympathiseren met het slachtoffer, niet de dader; de hetze tegen de laatste vandaag en gisteren op het internet is een voorbeeld van hoe hoog deze gevoelens kunnen oplopen, ook bij mensen die het slachtoffer niet kenden.

En het is verleidelijk om de dader af te doen als een monster, niet als een heethoofd die een stomme fout beging, want dan hoeven we er niet over na te denken dat het ons ook misschien had kunnen overkomen, met een beetje pech. Wie was er immers niet soms een heethoofd als tiener? Wie heeft er geen domme dingen gedaan die veel slechter hadden kunnen aflopen dan ze deden?

Het is daarom dat we niet te snel moeten zijn met het veroordelen van de vermoedelijke dader. Tenslotte moet hij nog berecht worden, en zolang hij nog niet berecht is past het ons om voorzichtig te zijn. Nog veel belangrijker is dat het toch ook mogelijk moet zijn om in ieder geval een beetje begrip te tonen voor de situatie waarin die zeventienjarige jongen zich nu bevindt. Als hij echt de dader is, dan moet hij dus voor de rest van zijn leven leren leven met de gedachte dat hij een mens heeft gedood. Dat is een veel grotere straf dan wat iemand anders hem kan nog aandoen.

Fusie ABN Amro en Barclays kost 23.600 banen

En dit was de beste optie?

Om zo veel mogelijk financieel voordeel uit de overname te halen, verdwijnen bij beide banken in totaal 23.600 banen, circa tien procent van het totale aantal arbeidsplaatsen. Bijna dertienduizend arbeidsplaatsen worden direct geschrapt, waarbij gedwongen ontslagen niet worden uitgesloten. Bij de investeringstak van de concerns gaan 4500 banen weg. Mogelijk worden de investeringsactiviteiten van ABN Amro verkocht.

Nog eens elfduizend banen worden bij toeleveranciers in lagelonenlanden ondergebracht. Het zal daarbij vooral gaan om banen bij de automatiseringsafdelingen.

Alleen omdat een klein groepje aandeelhouders ontevreden is over de winst die ABN Amro maakte moeten meer dan 23.000 mensen werkeloos worden gemaakt?

Nee!

Privatisering GVB van de baan?

Het lijkt erop dat de dreigende verzelfstandiging en privatisering van het stads-openbaar vervoer in Amsterdam, iets waar de bevolking in een referendum van 2002 nog grotendeels tegenstemde, niet hoeft door te gaan, als een voorstel van PVdA kamerlid Lia Roefs voldoende steun krijgt:

PvdA-Kamerlid Lia Roefs dient morgen in een Kamerdebat een motie in die de vier grote steden een keuze biedt: alleen wie wil, hoeft het vervoer openbaar aan te besteden. ”Er is niets dat Nederland verplicht tot openbare aanbesteding,” aldus Roefs. ”De Europese Unie heeft in 2005 bepaald dat het openbaar vervoer onderhands mag worden aanbesteed, op voorwaarde dat het vervoerbedrijf niet buiten de eigen stad probeert concessies te verwerven.”

Anti-kapitalisme: Theorie en Praktijk

Cover of Anti-Kapitalisme: Theorie en Praktijk


Anti-Kapitalisme: Theorie en Praktijk
Chris Harman & Bart Griffioen
71 pages
Uitgegeven in 2002

Anti-kapitalisme: Theorie en Praktijk is een kort boekje bedoelt als een inleiding tot de antikapitalistische beweging vanuit een traditioneel Trotskies standpunt. Het bestaat voornamelijk uit een vertaling van een door Chris Harman geschreven artikel voor het Britse tijdschrift International Socialism. Dit is een theoretisch Marxistisch tijdschrift uitgegeven door de Socialist Workers Party (SWP). De SWP is waarschijnlijk de grootste revolutionaire socialistische partij in Engeland, met wereldwijde zusterorganisaties waaronder de Internationale Socialisten in Nederland. Bart Griffioen, de schrijver van het nawoord, is een prominent lid hiervan.

De antikapitalistische beweging kwam voor het eerst uitgebreid in het nieuws tijdens de Seattle protesten tegen de World Trade Organisation. Het was toen dat niet langer ontkent kon worden dat een nieuwe wereldwijde radicale beweging was geboren. Deze beweging bestond natuurlijk al veel langer, maar in Seattle kwamen de diverse elementen ervan voor de eerste keer zo bij elkaar dat de gevestigde media er wel kennis van moest nemen. In Seattle werkten een aantal zeer verschillende organisaties en mensen — natuurbeschermers, vakbonden, socialisten, anarchisten, activisten uit ontwikkelingslanden etc. — voor het eerst samen tegen een gemeenschappelijk vijand.

En dit tien jaar nadat de Berlijnse Muur was gevallen en het kapitalisme definitief de oorlog met het socialisme zou hebben gewonnen, aan het eind van een decennium waarin alle grote politieken stromingen vrede hadden gesloten met het kapitalisme en de logica van het neoliberalisme en globalisatie hadden omarmd. Maar het bleek dus toch nog mogelijk om een massabeweging tot stand te brengen die niet accepteerde dat er geen alternatief voor het kapitalisme was.

Het ontstaan van deze beweging is wat Anti-kapitalisme: Theorie en Praktijk probeert te verklaren. Harman doet dat vanuit een socialistisch standpunt, maar zonder te verzanden in een ritueel marxisme. Hij analyseert zowel de kracht als de zwakte van de beweging, laat zien waar de diverse groepen en verbonden gelijk hebben en waar ze fouten maken, citerend uit hun eigen publicaties.

Het is niet verrassend dat Harman pleit voor een meer georganiseerde beweging. Volgens hem is de gedecentraliseerde aard van het antikapitalisme een zwakte als het wil uitgroeien tot een echte uitdaging van de status quo. Hierbij moet de beweging ook een richting zoeken en het eens zijn over wat ze wil bereiken, zelfs als dat inhoudt dat het in eerste instantie aanhang verliest. Dat betekent niet dat er geen ruimte moet zijn voor verschillen in aanpak en focus, maar wel dat er enige structuur moet worden opgebouwd.

Ook niet verrassend is dat Harman gelooft dat de richting waarin de antikapitalistische beweging zich moet ontwikkelen een socialistische moet zijn, of dat hij tegen het zoeken naar een compromis met de gevestigde orde is. Hierbij agiteert hij vooral tegen het accepteren van symptoonbestrijding als eindoplossing. Zo is bijvoorbeeld de schuldenverlichting van ontwikkelingslanden een nobel kortetermijns doel, maar als er niet drastische veranderingen plaats vinden, dan zal dit slechts een tijdelijke verlichting zijn. Dit is het kernpunt van dit boek, dat zolang het kapitalisme de baas blijft deze problemen niet opgelost kunnen worden.